Ik had nog niet zo veel ervaring voor de klas, toen ik Gerwin in de klas kreeg. Een school voor kinderen met leer-en opvoedingsmoeilijkheden, zo heette deze vorm van speciaal onderwijs in die tijd. Mijn eerste periode was voorbijgegaan in een heel gemakkelijk, klein klasje, met overwegend leermoeilijkheden. Qua gedrag had ik er niet zo veel mee te stellen dus.
Na de zomervakantie is het echter uit met de pret. Zo makkelijk als het in mijn vorige klas leek te gaan, zo moeilijk is het nu. Niet alleen Gerwin is moeilijk, er zijn veel meer kinderen die vooral doen wat ik niet wil. Maar Gerwin is een verhaal apart. Hij is boos. Niet zo nu en dan, niet alleen ’s morgens, nee, hij is boos. De hele dag is hij boos. Kijkt boos, doet boos, schrijft boos, leest boos. Gerwin is BOOS.
Nu zou dat nog wel te overkomen zijn geweest. Zolang Gerwin alleen maar boos keek, deed, schreef en las tegen en met zichzelf kon ik het probleem wel aan. Maar Gerwin is vooral boos tegen de rest van de wereld. En Gerwin schopt niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk tegen alles en iedereen aan. Zo moeten de deur, de kast en de tafel het ontgelden, maar helaas ook de medeleerlingen. Er gaat geen uur voorbij of er staat wel weer iemand bij mijn bureau: “juf, Gerwin heeft me geschopt!”
Ik roep Gerwin bij me: “Jeannette zegt dat je haar hebt geschopt, klopt dat?” Gerwin zwijgt in alle talen. “Klopt dat, Gerwin?”, herhaal ik. Gerwin zegt niks. Gerwin is gewoon boos. Als ik hem verwachtingsvol blijf aankijken, komt hij langzaam in beweging. Zijn hoofd beweegt instemmend op en neer. “Dus je hebt haar geschopt”, concludeer ik. Weer een knikje. “Kun je ook zeggen waarom?” ,vraag ik. “Nou, gewoon, “antwoord Gerwin dan. En dan zeg ik natuurlijk dat dat helemaal niet gewoon is, dat Gerwin excuus moet maken en het nooit weer doen. Dit ritueel herhaalt zich enige keren per dag. Ik word er echt moedeloos van. Niets lijkt tot Gerwin door te dringen.
Op een dag ben ik het zat. Spuugzat! Ik roep Gerwin voor de zoveelste keer bij me. “Gerwin, “zeg ik, “ik heb er genoeg van! Jij schopt de hele dag kinderen. Ik heb al heel vaak gezegd dat we dat hier niet doen. Als je nu weer iemand schopt, schop ik jou….” Gerwin draait zich van mijn bureau om, loopt naar zijn tafel en onderweg staat hij even stil bij de tafel van Femke. Hij kijkt me aan, kijkt naar Femke en schopt. Hard. Venijnig.
Op dat moment besef ik dat ik niet goed heb nagedacht. Gerwin test me uit. Ik heb gezegd dat ik hem zou schoppen als hij het weer deed. Nu moet ik wel…. Ik roep hem bij me, ga staan en schop hem tegen zijn schenen. Best hard. “: Voel ik niks van!”, zegt Gerwin. Mij doet het pijn.
Als ik later zijn ouders bel om mijn actie te melden en het boetekleed aan te doen, complimenteren ze me: “Goed gedaan! Nu zal hij het verder wel uit zijn hoofd laten.” Ik voel me verschrikkelijk.
En toch is het waar: Gerwin heeft nooit meer iemand geschopt dat jaar…